Wählen Sie ein Land, um Inhalte und Produkte zu sehen,
Land
België
 
Duitsland
 
Nederland
 
Frankrijk
 
Zwitserland
 
Oostenrijk
 
Verfügbare Sprachen
DE
NL
FR
OK
 
Gassen  |  Bedrijf  |  

Herziening van de F-gassenverordening

Wat betekent de herziening van de F-gassenverordening voor de koel- en klimaatbranche?

In april van dit jaar werd een update gepresenteerd voor de F-gassenverordening, ook wel bekend als de “Herziening van de EU-regels (2015-20)” van de Europese Commissie. Wat op het eerste gezicht bureaucratisch klinkt, heeft verstrekkende gevolgen voor de praktische omgang met F-gassen. 

Dennis Frieske is ingenieur koudetechniek en expert voor koelmiddelen bij Westfalen. Wij spraken met hem over de F-gassenverordening, de aanscherping ervan en de gevolgen ervan voor de koel- en klimaatbranche. Henk-Jan Steenman, collega van Dennis en werkzaam als koelmiddel specialist bij Westfalen, onderschrijft de zienswijze van Dennis volledig.

Dennis, een eerste vraag voor degenen die geen expert zijn: wat is de F-gassenverordening?

De officiële naam van de F-gassenverordening is “Verordening (EU) nr. 517/2014 betreffende gefluoreerde broeikasgassen”. De naam verraadt al waar het over gaat: een verordening die het gebruik van gefluoreerde broeikasgassen, de zogenaamde F-gassen, regelt. Zoals alle broeikasgassen draagt de uitstoot van F-gassen bij aan de opwarming van de aarde. Het doel van de F-gassenverordening is om het gebruik van F-gassen te beperken en zodoende deze emissies te verminderen. Deze beperking verloopt in verschillende stappen. De beschikbare hoeveelheden fluorkoolwaterstoffen (hfk’s) worden geleidelijk aan verminderd. 

Welke gevolgen zal de aanscherping van de F-gassenverordening hebben voor de koel- en klimaatbranche?

Het voorstel bevat talrijke belangrijke en minder belangrijke wijzigingen. Als deze wijzigingen worden doorgevoerd, zal de druk op de branche toenemen. Het belangrijkste is de versnelling tijdens de afbouw. Concreet betekent dit dat de vermindering van de op de markt beschikbare F-gassen sneller verloopt dan aanvankelijk werd verwacht. Vanaf 2024 komen er bijvoorbeeld nieuwe, verlaagde quota. Zo moet het quotum tegen 2030 tot 5,2% worden teruggebracht in plaats van de eerder geplande 21% in de huidige verordening. De aangescherpte afbouw is gepland vanaf 2024 met een percentage van 23,5% (voorheen 31%). In de praktijk betekent dit een vermindering met 48% ten opzichte van het voorgaande jaar. 

Wat betekent dat concreet?

Dit betekent dat klassieke hfk-koelmiddelen zoals R-134a, R-410A of R-407C steeds minder of helemaal niet verenigbaar zijn met de quota. De behoefte aan koelmiddelen met een lage GWP-waarde blijft toenemen. In het voorstel worden ook vrijstellingen ingetrokken waarin de huidige verordening nog voorziet. Doseer aerosols voor farmaceutische doeleinden zijn in de versie van 2014 vrijgesteld van de quotaregeling. Volgens de Europese Commissie is het verbruik van F-gassen bij aerosols van 2015 - 2019 met 45% gestegen. De Europese Commissie wil de vrijstelling schrappen, omdat voor deze producten twee klimaatvriendelijke alternatieven beschikbaar zijn. Zonder een politiek signaal zou het te lang duren om deze alternatieven tot stand te brengen. Zolang de alternatieven niet zijn goedgekeurd en niet op de markt zijn gebracht, zouden de F-gassen van de doseer aerosols het quotum dus extra belasten wat tot een verdere verscherping van de afbouw voor de koel- en klimaatbranche zou leiden. 

Welke andere maatregelen worden er genomen? 

Wie in de toekomst F-gassen wil gebruiken, zal rekening moeten houden met hoge kosten. Door de versnelde afbouw zullen koelmiddelen met een hoge GWP-waarde namelijk schaarser – en dus duurder – worden. Dit effect wordt versterkt door de prijsstelling van de quota. Elke ton CO2-equivalent krijgt een prijs van 3 euro. Dit zou een koelmiddel met een hoge GWP-waarde meer belasten dan een koelmiddel met een lage GWP-waarde. Een kilo R-134a zou dus 4,29 euro duurder worden, terwijl de heffing voor bijvoorbeeld R-1234ze(E) slechts 1,8 cent zou bedragen.

Er zijn ook voorschriften voor nieuwe systemen. Wat kunt u ons daarover vertellen?

Wie nieuwe systemen in bedrijf neemt, moet rekening houden met verdere verboden op het gebruik van bepaalde koelmiddelen. Nieuw is bijvoorbeeld het verbod op “autonome koelsystemen” met koelmiddelen van 150 GWP-punten en meer, geldig vanaf 01-01-2025. 
Ik denk echter dat de definitie van “autonoom” onduidelijk is. De definities in DIN EN 378 deel 1 geven ook hier geen informatie over. In de Engelse versie van het voorstel wordt op dit punt gesproken over “self-contained refrigeration equipment”. In de vertaalgids van DIN EN 378-1 vinden we de term “self-contained system”, wat wordt vertaald als “koelsysteem”. Het koelsysteem is nauwkeurig omschreven in DIN EN 378-1. Hierbij gaat het om een koelsysteem dat af fabriek volledig wordt geassembleerd. Dit zou gevolgen hebben voor kant-en-klare systemen voor koelhuizen (stopperaggregaat), chillers en andere kant-en-klare koelsystemen. Ter plekke gemonteerde koelsystemen zouden niet worden beïnvloed.

Een laatste vraag: wat vindt u van de aanscherping van de F-gassenverordening? 

Tot nu toe gaat het om een voorstel. Ik neem aan dat er nog kleine aanpassingen zullen komen. Het is bijzonder belangrijk dat onduidelijkheden worden opgehelderd. Daarom nam Westfalen als lid van de expertcommissie “Coolektiv” deel aan de feedbackfase. Coolektiv steunt een ambitieuze en strikte handhaving van de F-gassenverordening omdat deze een substantiële bijdrage levert aan het bereiken van de EU-klimaatdoelstellingen. Tegelijkertijd roept het initiatief op tot een herziening met gevoel voor proporties en heeft het de huidige voorstellen uitvoerig becommentarieerd. 

Ondanks de tegenslagen is de richting duidelijk: op lange termijn kan men niet om koelmiddelen met minder dan 150 GWP-punten heen. In de meeste gevallen is een verbod voor het op de markt brengen van toepassing. Zo niet, dan zal de afbouw van het quota, het gebruik op lange termijn onaantrekkelijk tot onmogelijk maken. En dit vergroot ook de behoefte aan brandbare koelmiddelen. Behalve R-744 is er tot nu toe namelijk geen relevant koelmiddel onder de 150 GWP-punten dat niet brandbaar is. 

(bron: Gefluoreerde broeikasgassen – herziening van de EU-regels (2015-20) (europa.eu))
 

x